Leidse Kraakhandleiding 1999/2000

Leiden, 11 september 1999
Kraakspreekuur Leiden
Postbus 2228
2301 CE Leiden



Inhoudsopgave

0. Voorwoord
1. Wat is kraken?
1.1 Een stukje geschiedenis
2.1 Relevante wetsartikelen
3.1 Niets lijkt op Leiden?!
4. Kraken
4.1 Het zoeken van lege panden
4.2 De eigenaar
4.3 Hoe lang staat een pand leeg?
4.4 Bouw en sloopvergunningen
4.5 Bestemming van een pand
4.6 De laatste praktische voorbereiding
4.7 Voorbespreking
4.8 Bij het pand aangekomen
4.9 Gemeentelijk onroerend goed
4.10 Constateren Leegstand & bewoning door de politie
4.11 Ontruiming
4.12 Problemen met boze buren of de eigenaar
5. Advocaat & juridische procedures
6. Na de kraak

6.2 Bouw- of sloopplannen
7. Adressen & telefoonnummers

Bijlage 1: De oppasovereenkomst & de gebruiksovereenkomst
Bijlage 2: Rechten in de bak


0. Voorwoord

Voor je ligt de eerste Leidse Kraakhandleiding. Hoewel er in Leiden al decennia gekraakt wordt is er om de een of andere reden nog nooit eerder een kraakhandleidleiding gemaakt die specifiek op de Leidse situatie ingaat. Deze handleiding voorziet je van de belangrijkste informatie omtrent het verschijnsel kraken. Compleet is ze niet, want iedere kraakactie heeft ook haar eigen verhaal. De Leidse kraakhandleiding biedt je echter wel een belangrijke basis om je kraakactie tot een succes te maken. Onthoud dat het 'recht op kraken' een resultaat is van een lange politeke strijd en niet een kadeautje van 'onze' regering. Wanneer we er zeker van willen zijn dat het kraken niet verder wordt gecriminaliseerd is een voortzetting van deze strijd nodig. Deze strijd is offensief en gaat verder dan het verdedigen van de huidige rechten van krakers. Dit lukt alleen wanneer 'krakers' uit hun krakersghetto's komen en zich met niet krakers organiseren voor een solidaire en leefbare samenleving.

Leiden, september 1999.

1. Wat is kraken?

Kraken is het, zonder toestemming van de eigenaar, in gebruik nemen van leegstaande gebouwen, meestal voor woonruimte, soms ook voor ateliers of werkruimte. Kraken voor woonruimte is niet strafbaar, behalve de inbraak zelf. Wel is het onrechtmatig, dat wil zeggen dat de eigenaar in een proces kan eisen dat je ontruimd wordt. Daarom heb je eigenlijk nooit zekerheid over hoe lang je in je woning kan blijven. Soms kun je er een paar weken wonen, soms vele jaren. Omdat veel leegstaande gebouwen in slechte staat verkeren, kost het vaak veel moeite ze op te knappen. Het kraakleven is daarom een leven vol onzekerheid en ontberingen.

Deze Leidse kraakhandleiding zal je uitleggen hoe het kraken zelf in z'n werk gaat en wat je daarna nog kunt doen om uiteindelijk zo lang mogelijk te genieten van je kraakpand. Het is een lang maar verre van compleet verhaal. De gaten er in kun je het beste opvullen door met andere krakers en activisten op het woning en anti-cityvormingsfront contact te houden.

1.1 Een stukje geschiedenis

Kraken gaat wat de schrijvers van deze handleiding betreft om meer dan alleen het 'in gebruik nemen' van lege panden. Dat het kraken in veel gevallen niet strafbaar is, is te danken aan een lange politieke strijd die ook vandaag de dag nog gevoerd moet worden. Het kraken is eind jaren zestig begonnen toen in de grote steden veel woningen werden dichtgetimmerd in afwachting van sloop of renovatie. De woningnood was enorm en de krakers vonden het absurd dat er tegelijkertijd talloze woningen stonden te verkrotten. Er was om deze reden dan ook veel steun vanuit de bevolking voor het kraken tegen leegstand. Eind jaren zeventig en de eerste helft van de jaren tachtig - er heerste toen een economische crisis - werd de kraakbeweging steeds meer een thuishaven voor allerlei mensen die genoeg hadden van de kapitalistische orde en aangetrokken werden door de kraaksubcultuur.

Krakend Nederland was in die tijd een broeinest van radicaal verzet tegen die orde en vanuit kraakpanden werden allerlei politieke activiteiten ontplooid die lang niet meer alleen met 'de strijd tegen leegstand' te maken hadden. Om allerlei redenen is er in de tweede helft van de tachtiger jaren een beetje de klad gekomen in de kraakbeweging en heeft ze veel aan kracht ingeboet. De introductie van de anonieme dagvaarding, de algehele verrechtsing van de samenleving, kraakwachtbureaus, interne strubbelingen en vrij recentelijk de invoering van de nieuwe huisvestingswet - met daarin enkele nieuwe voor kraken ongunstige bepalingen -, ze droegen allemaal bij aan het kleiner worden van de kraakbeweging.

Toch wil dit niet zeggen dat er nog maar weinig gekraakt wordt. Er wordt zeker nog veel gekraakt in Nederland en anno 1999 zijn er in Nederland nog vele honderden kraakpanden te vinden, alleen is de beweging zelf nogal gefragmenteerd, uiteengevallen. De meeste kraakpanden vind je in de stad maar meer en meer wordt er ook gekraakt in landelijke gebieden.

De wetgeving mag dan wel de mogelijkheden beperken maar in de algehele verrechtsing van de samenleving zal de behoefte aan culturele en politieke vrijplaatsen alleen maar toenemen. Je kunt dus zonder meer stellen dat het kraken een toekomst heeft. Alleen hangt die toekomst vooral af van in welke mate de hedendaagse krakers bereid zijn zich voor hun, door dertig jaar sociale strijd verworven, recht op kraken in te zetten. Wees je er dus van bewust dat het recht op kraken je niet door de overheid is gegeven maar dat er aan dit stukje vrijheid een lange strijd vooraf ging.

Laten we eerst even kijken naar de wetsartikelen die met kraken verband houden:


2.1 Relevante wetsartikelen

Artikel 138 Wetboek van Strafrecht

lid 1: Hij die in de woning of het besloten lokaal of erf, bij een ander in gebruik, wederrechtelijk binnendringt of, wederrechtelijk aldaar vertoevende, zich niet op vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds verwijdert, wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of een geldboete van de derde categorie.

Artikel 139 Wetboek van Strafrecht

lid 1: Hij die in een voor de openbare dienst bestemd lokaal wederrechtelijk binnendringt, of, wederrechtelijk aldaar vertoevende, zich niet op de vordering van de bevoegde ambtenaar aanstonds verwijdert, wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 138 en 139 van het Wetboek van Strafrecht zijn de klassieke artikelen tegen huisvredebreuk en lokaalvredebreuk en beschermen de gebruiker van een pand.
Wanneer je een pand kraakt is het dus aan de eigenaar of een andere rechthebbende om aan te tonen dat hij het in gebruik heeft.

Artikel 429 sexies

1. Hij die een door hem wederrechtelijk in gebruik genomen woning of gebouw, waarvan het gebruik door de rechthebbende niet meer dan twaalf maanden voorafgaande aan die wederrechtelijke ingebruikname is beëindigd, op vordering van of vanwege de rechthebbende niet aanstonds ontruimt, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste vier maanden of geldboete van de derde categorie.

2. Met dezelfde straf wordt gestraft hij die, vertoevende in een wederrechtelijk in gebruik genomen woning of gebouw, waarvan het gebruik door de rechthebbende niet meer dan twaalf maanden voorafgaande aan die wederrechtelijke in gebruik name is beëindigd, zich op vordering van of vanwege de rechthebbende niet aanstonds verwijdert.

Sinds de nieuwe huisvestingswet in 1993 werd ingevoerd is het - inmiddels onder krakers beruchte artikel 429 sexies aan het Wetboek van Strafrecht toegevoegd. Dit artikel maakt het kraken van gebouwen die korter dan één jaar leegstaan strafbaar. Het idee achter deze verruiming van de mogelijkheid kraken strafrechtelijk tegen te gaan is dat eigenaars een redelijke termijn (van één jaar) de tijd moeten hebben om een nieuwe bestemming voor het pand te vinden. In artikel 429 sexies staat de vraag centraal of een pand al een jaar niet meer in gebruik is. Wat wel en niet als gebruik wordt gezien is uitermate vaag. Jurisprudentie - uitspraken van rechtszaken, vonnissen van hogere rechtbanken, moeten uiteindelijk uitwijzen wat als 'gebruik' gezien wordt. De afgelopen jaren zijn verschillende kraakgroepen in het land vaak lange procedures begonnen die voor krakers een zo gunstig mogelijke uitleg van het begrip 'gebruik' en een zo soepel mogelijke hantering van de één jaars termijn moeten opleveren.

1 jaars termijn alleen van toepassing op gekraakte 'woningen' ?

De Hoge Raad is een rechtsinstantie die je kunt vragen een oordeel te vellen over een vonnis van een lagere rechtbank. De uitspraken van de Hoge Raad vormen zwaarwegende 'Jurisprudentie' die je kunt gebruiken ter verdediging van je kraakactie.

Het verhaal dat 429 niet op zou gaan voor niet-woongebouwen en dat het hebben van een huurcontract op zichzelf niets bewijst over daadwerkelijk gebruik komt uit de toelichting zoals gepubliceerd in de 'Nederlandse Jurisprudentie' (NJ). Deze toelichting is, ook hier weer als we het goed begrepen hebben, niet de algemene mening van de Hoge Raad en daarmee niet zomaar jurisprudentie. Het zou wel een indicatie voor lagere rechtbanken zijn uit welke hoek de wind waait. Er zullen zeker nog enkele proefprocessen gevoerd moeten worden voordat je je op deze Hoge Raad uitspraak kunt beroepen. Toch is het interessant om even te kijken naar wat zij over de '1 jaars' termijn zeggen. Vooral wat betreft de (her- ) bevestiging dat een huurkontrakt nog geen gebruik hoeft te zijn.

Uit: Panholzerbundel, Frans Panholzer
Arrest 510 Arnhemse kraker
HR 10-6-97, 97.738; DD 97.296

Casus: Een kraker wordt (ontruimd en) vervolgd op basis van art. 429sexies Sr. Verdediging voert als verweer dat de woning langer dan twaalf maanden leegstond en er dus geen ree&eUML;l gebruik was.

Rechtbank: Er was een huurcontract dat korter dan twaalf maanden voor het in gebruik nemen werd beëindigd. Volgt veroordeling wegens een door hem wederrechtelijk in gebruik genomen woning waarvan het gebruik door de rechthebbende niet meer dan twaalf maanden voorafgaande aan die wederrechtelijke in gebruikname is beëindigd op vordering vanwege de rechthebbende niet aanstonds te ontruimen.

Hoge Raad: Blijkens de parlementaire geschiedenis strekt art. 429sexies Sr voor wat betreft woningen ertoe om de rechthebbende tot twaalf maanden nadat het feitelijk gebruik als woning is beëindigd te beschermen tegen de wederrechtelijke in gebruikname daarvan. De enkele omstandigheid dat het huurcontract korter dan twaalf maanden voor het in gebruik nemen is beëindigd, brengt niet mee dat er sprake is geweest van feitelijk gebruik als woning tot die tijd. De bewezenverklaring is niet naar de eis der wet met redenen omkleed. Volgt vernietiging en verwijzing naar het Hof van het ressort.

Uit de conclusie A-G Dorst: Onder gebruik in art. 138 Sr (huisvredebreuk) pleegt te worden verstaan feitelijk in gebruik (HR 2-2-71 arrest Nijmeegse kraker). De wetsgeschiedenis van de Huisvestingswet lijkt te bevestigen dat de strafrechtelijke verlengde gebruiksbescherming ex. art. 429sexies SR pas aanvangt nadat het (feitelijk) gebruik een einde heeft genomen. De bepalingen vormen elkaars spiegelbeeld. De beëindiging van een huurovereenkomst is niet beslissend voor de vraag omtrent feitelijk gebruik. Het kraken van gebouwen die niet onder de omschrijving van de Leegstandwet vallen, gebouwen dus die geen woonfunktie hebben of kunnen hebben, zal niet via de toepassing van art. 429sexies Sr. bestreden kunnen worden. De eigenaar van een garage, paardenstal, pakhuis e.d. of van een besloten lokaal zoals een kerk of een concertzaal, zal niet met een beroep op art. 429sexies Sr de politie te hulp kunnen roepen. Concludeert conform.

De laatste opmerking, dat art 429sexies niet op gaat voor niet-woongebouwen, is iets waar lang niet elke rechtbank aan wil. Als argument, als we de advokaat goed hebben begrepen, wordt door die rechtbank aangevoerd dat deze beperking tot woongebouwen ooit werd opgenomen in de Leegstandswet omdat het te ver zou gaan elke lege paardestal in het in die wet voorgestelde leegstandsregister te zetten. Ondertussen stelt de leegstandsregistratie niets meer voor, maar dat is een ander verhaal.

Je begrijpt dat je in de praktijk goed rekening zult moeten houden met artikel 429 sexies en in ieder geval niet zomaar iets moet gaan kraken wat net een paar maanden leeg staat. Krakers deden dat over het algemeen toch al niet dus eigenlijk is er niet zoveel veranderd.

De hierboven beschreven wetsartikelen en hun toelichtingen vertellen je over de landelijke wetten die verband houden met kraken. Wat volgt is een beschrijving van de manier waarop de Leidse politiek heeft besloten met het fenomeen kraken om te gaan.

3.1 Niets lijkt op Leiden?!

In Leiden wordt al sinds decennia gekraakt. Je kunt zonder meer zeggen dat krakend Leiden haar voetsporen heeft achtergelaten en nog steeds bloeiende is. Hoewel je van de meeste kraakpanden in Leiden nooit iets hoort zijn er toch enkele aan te wijzen waar af en toe heel wat kabaal vandaan komt. Enkele positieve voorbeelden zijn de panden aan de Koppenhinksteeg waar allerlei subculturele en buitenparlementaire politieke clubs zitten en het EuroDusnie-collectief aan de Boerhaavelaan. Enkele negatieve en grote panden waren het PTT gebouw aan de Koningsstraat, het bedrijf ICO ATIBU aan de Lammermarkt en uiteindelijk ook de Kraakflat aan het Stationsplein. De situatie rond de laatst genoemde panden was bepaald niet meer positief te noemen toen hard-drugs de gang van zaken er ging bepalen. Over het algemeen genomen is het met krakend Leiden altijd wel goed gegaan, is er over het algemeen een goede relatie met de buurt en is er af en toe contact met lokale politici. Er is een groep mensen verenigd onder de naam Kraak Spreekuur Leiden die elkaar indien nodig ontmoeten en mensen bij nieuwe kraakacties helpt.

In 1995 besloot de gemeente Leiden om een nieuwe gemeentelijke beleidsnota te maken: de 'Nota inzake enige aspecten verbonden aan het kraken van woningen en overige gebouwen' oftewel de 'kraaknota'. De kraaknota is een typisch 'poldermodel-product' geworden. Bij de totstandkoming van de kraaknota werd het kraakspreekuur, de politie, de ambtenarij en de politiek gehoord. Het resultaat is een beleidsnota die de vaagheden van de wetgeving rond kraken ietwat verheldert en uitlegt hoe men graag in Leiden het kraakspel gespeeld wil zien. Bovendien staat in de kraaknota ook hoe de gemeente als groot onroerend goed eigenaar behoort om te gaan met kraakacties van haar eigen panden.

Interpretatie van algemene wetsartikelen

- Is een pand daadwerkelijk in gebruik? In de kraaknotitie (pag 6) staat hierover:

De mogelijkheden tot (strafrechtelijk) politieoptreden in het kader van artikel 138 en 139 zijn sterk afhankelijk van de omstandigheden van het geval . In elk geval zal de eigenaar of andere rechthebbende van een pand moeten kunnen aantonen dat het desbetreffende pand daadwerkelijk in gebruik is. Dit zal overigens vaak blijken uit de situatie ter plaatse. Bij woningen valt te denken aan de aanwezigheid van stoffering en meubilair, de inrichting, het feit dat er daadwerkelijk sprake is van herstel- of renovatiewerkzaamheden etc. (...) Plannen en voornemens om een leegstaand pand weer daadwerkelijk te gaan gebruiken zullen echter veelal onvoldoende zijn om op basis van daadwerkelijk gebruik te kunnen optreden. Indien er ernstige twijfel bestaat over de vraag of er sprake is van daadwerkelijk gebruik kan de rechthebbende attent worden gemaakt op de mogelijkheid van een civielrechtelijke procedure.

Dat is dus duidelijk. Tenzij er geen twijfel bestaat over het gebruik dient de rechthebbende (b.v. eigenaar of huurder) via civielrechtelijke wegen z'n gelijk te halen en wint vooralsnog jouw huisrecht

- 24 uurs regeling?

Deze bestaat niet meer. Of je nu een huis of een pand met een andere bestemming kraakt, het doet er niet toe hoelang je er al inzit. Je geniet huisrecht vanaf het moment dat je begint je huiselijke situatie te creeëren. Zolang je natuurlijk iets kraakt wat - lang genoeg - leeg stond en de politie je niet betrapt bij het eigenlijke breekwerk. Achteraf heterdaad constateren kan dus niet hoewel de politie je dit soms wil wijsmaken. Zeg trouwens nooit wie gebroken heeft, want 'breken' is natuurlijk strafbaar.

Kraken van gemeentelijke panden

Wat betreft het kraken van gemeentelijke panden is de kraaknota niet ongunstig voor krakers. Op papier kun je ieder pand van de gemeente Leiden kraken mits het maar leeg staat. Het doet er dus niet zozeer toe hoe lang iets al leeg staat, belangrijker is het dat het voor langere tijd leeg zal blijven staan. De Kraaknota omschrijft het als volgt:

Voor wat betreft percelen die in eigendom aan de gemeente toebehoren en die met oog op een voornemen tot restauratie, renovatie of sloop niet duurzaam kunnen worden verhuurd zal de gemeente, overeenkomstig de tot nu toe gevolgde praktijk, ook in de toekomst zoveel mogelijk overgaan tot zinvolle tijdelijke in gebruikgeving.
Daar waar dergelijke gemeentelijke percelen gekraakt zijn zal de gemeente onderzoeken of het legaliseren van het gebruik mogelijk is zonder afbreuk te doen aan belangen van de gemeente.

Zoals daarstraks al werd gezegd is het op papier mogelijk om gemeentelijke panden te kraken van welke het aannemelijk is dat ze langere tijd leeg staan/zullen staan. De praktijk leert echter dat de gemeente alles behalve graag een pand aan krakers in gebruik geeft. De tegenstrijdigheid tussen theorie en praktijk komt voort uit een haast natuurlijke drang van de, in dit geval gemeentelijke, overheid het kraken te reguleren (lees controleer - en beheersbaar maken), c.q. het leven van krakers moeilijk te maken.

Tot en met begin jaren negentig probeerde de gemeente Leiden krakers te ontmoedigen door panden die leeg kwamen volledig uit te slopen/onbewoonbaar te maken. Dat hielp natuurlijk niets want de panden werden toch wel gekraakt. Men begreep na een tijdje dat het beter was te voorkomen dan te genezen en dat het dus beter was panden niet leeg te laten staan. Wanneer de gemeente Leiden ergens panden aankocht voor sloop of renovatie liet men vervolgens de bewoners/gebruikers die er op dat moment inzaten er gratis in wonen. Zij krijgen dan een zogenaamd om niet contract dat mensen toestemming geeft een pand tijdelijk gratis te gebruiken (over deze contracten verderop meer). Aan wie ze panden in gebruik geven is een verhaal apart en tot op de dag van vandaag een doorn in de ogen van het Leidse Kraakspreekuur.

Afdeling Grondzaken van de gemeente Leiden is degene die de aankoop van panden door de gemeente regelt. Het is de afdeling die het meest met lege panden in de maag zit. Ed van der Nat van Grondzaken is de persoon die contacten onderhoudt met tijdelijke gebruikers van gemeentepanden. Deze man zegt een lijst te hebben van enkele tientallen mensen/clubs die op zoek zijn naar een gratis pand. De praktijk leert ons dat deze lijst voornamelijk bestaat uit 'bekenden van collega-ambtenaren' en 'bevriende bedrijfjes/organisaties'. De persoonlijke missie van meneer van der Nat is: kraken voorkomen. Sinds enige tijd laat de gemeente Leiden zich ook in met kraakwachtbureaus, al is op dit moment nog niet duidelijk op welke schaal.

Je snapt wel dat de gemeente Leiden het er vooral om te doen is het verschijnsel kraken te voorkomen. De vraag of de manier waarop dit gebeurt een zinnige of eerlijke manier is interesseert blijkbaar niemand op het stadhuis.

Wanneer je dus een pand van de gemeente kraakt zal men hier niet blij mee zijn en je kunt er van op aan dat wanneer iets leeg stond daar een specifieke reden voor was. Of deze reden het kraken in de weg staat is aan jou om uit te vinden. Wanneer je iets van de gemeente kraakt moet je in ieder geval stevig in je schoenen staan en dit nooit onvoorbereid doen (dat geld natuurlijk voor alle kraken). Wanneer de gemeente namelijk iets ontruimd wil zien zal de Officier van Justitie zijn diensten vrijwel altijd aanbieden. Zo liggen nu eenmaal de verhoudingen.

Verder gemeentelijk beleid

In de kraaknota staan ook nog enkele andere voor krakers relevante punten die overigens veelal zijn afgeleid van de landelijke wetgeving:

  1. Je mag geen distributiewoningen kraken (pag 9 KN) . Dat zijn woningen van bijvoorbeeld een woningbouwvereniging die tussen twee huurders in even leeg staan. Wanneer ze een jaar of langer leegstaan -hetgeen vrijwel nooit voorkomt - mag je ze natuurlijk wel kraken.
  2. De gemeente zal er op toezien dat woningen/gebouwen, waaronder haar eigen, niet onnodig leegstaan. Leegstand ten behoeve van speculatieve doeleinden zal de gemeente daar waar mogelijk met alle middelen bestrijden.(pag 9 KN)
  3. Je mag ook andere panden dan woningen kraken om er in te wonen (pag 9 KN).
  4. De politie zal, geheel in de lijn van het poldermodel, haar best doen om communicatie misverstanden te voorkomen. Dat wil zeggen dat ze een goed contact nastreeft met de krakers. De politie zal niet optreden zonder de (hulp)Officier van Justitie in te lichten. Dat is een niet onbelangrijk punt want in het verleden waren opgefokte agenten, soms in combinatie met niet al te communicatief ingestelde krakers, nogal eens de oorzaak dat een kraakactie uit de hand liep. Zorg dus bij de kraakactie voor een duidelijke woordvoerder en als het mogelijk is een telefoonnummer ter plaatse dat je aan de (hulp) Officier van Justitie kan meegeven.
  5. Volgens de kraaknotitie zal de politie ook optreden met uhhh, tegen knokploegen. In de praktijk doen ze echter meestal niets (dan lachen).
  6. Panden die door de commandant van de Brandweer en/of het hoofd van de afdeling Bouw en Woningtoezicht onbewoonbaar worden verklaard kunnen niet gekraakt worden. Let op want dit moet doet een officieel ambtelijk besluit zijn en neem alleen genoegen als je zo'n onbewoonbaarverklaring voor je neus op papier ziet staan. In praktijk komen dit soort situaties echter vrijwel nooit voor.

De volledige tekst van de kraaknota kun je gratis ophalen bij Juridische zaken op het Stadhuis.

Zoals je hebt kunnen lezen komt er bij het kraken meer kijken dan het openbreken van een deur. Het is belangrijk de spelregels te kennen want daarmee vergroot je de kans om een gekraakt pand voor enige tijd te kunnen behouden. Neem het kraken serieus want de manier dat jij er mee omgaat bepaalt ook voor een deel de mogelijkheden van de krakers die na jou komen.

Zo, wanneer je vannacht van de hier boven staande stof droomt gaat het goed en ben je geslaagd voor het 'theorie examen'. Het wordt tijd voor een bespreking van de praktische kant van het kraken.

4. Kraken:

Lege panden groeien overal. Je kunt alleen niet vaak vanaf de straat dwars door een pand heen kijken. De eigenaar van een pand probeert, als deze tenminste slim is, de leegstand te verbergen.

Wanneer je op zoek gaat naar een leeg pand zul je dus goed moeten zoeken. Als je een leuk leegstaand pand op het oog hebt zal je eerst wat informatie over het pand moeten verzamelen. Wees voorzichtig met het verzamelen van informatie, maar niet paranoïde. Soms kunnen aardige buren wat informatie over het pand geven, bijvoorbeeld hoe lang het leegstaat, wie de eigenaar is, wat de plannen ermee zijn en in wat voor staat het verkeert. Voordat je het breekijzer tussen de sponning zet moet je jezelf er van verzekeren dat het pand feitelijk niet in gebruik is. Daarnaast is het belangrijk om te weten hoelang het niet in gebruik was. De praktijk leert dat feitelijk in gebruik zijn in verschillende situaties weer andere dingen kan betekenen. Ook het antwoord op de vraag hoelang iets al niet in gebruik is is vaak moeilijk te vinden.

Enkele voorbeelden:

Wat betreft de duur van leegstand wordt niet alleen gekeken naar de tijd dat een pand haar oorspronkelijke bestemming verloor maar ook naar de verwachte tijd dat het nog leeg blijft staan. Dit is bijvoorbeeld in het geval van slooppanden van belang. Waar het nu om gaat is dat je de (hulp) Officier van Justitie er van overtuigd dat het door jou onrechtmatig in gebruik nemen van een pand geen strafrechtelijke, maar een civielrechtelijke aangelegenheid is. Met andere woorden: dat jij huisrecht geniet en het geen zaak van de politie is maar iets tussen twee civiele partijen, jij en de eigenaar. Wanneer je de (hulp) Officier van Justitie daarvan kunt overtuigen heeft de eigenaar of andere rechthebbende (b.v. een huurder) drie keuzes:

  1. met jou de manier van gebruik regelen middels een mondelinge of schriftelijke overeenkomst.
  2. met geweld ontruimen (komt gelukkig niet zo vaak voor)
  3. naar de rechter stappen en een civielrechtelijk procedure tegen jou beginnen (zie bij procedures)

4.2 De eigenaar

Het is belangrijk om te weten wie de eigenaar is en waar deze woont. Dit kan je voor een paar piek te weten komen bij het kadaster in Zoetermeer maar je kunt hun ook gewoon bellen en naar de eigenaar vragen (zie adres/telefoonnummerlijst). Je moet hiervoor wel het exacte adres hebben. Het kadaster stuurt dan de rekening op naar je eigen adres, die je wel of niet kunt betalen.

- Kamer van Koophandel (KVK)
Om verschillende redenen kan een bezoekje aan de Kamer van Koopzucht interessant zijn. Als de eigenaar een BV of zo is, kun je bij de Kamer van Koophandel voor ongeveer fl. 15 een uittreksel opvragen, waarin de doelstellingen en directeuren van die onderneming staan. Informatie over eigenaren en/of bedrijven kun je krijgen bij het SPeculatie Onderzoeks Kollektief (SPOK). Dit is een uit de kraakbeweging voortgekomen onderzoekscollectief dat zich richt op louche onroerend goed types (zie adres /telefoonnummer lijst). Je kunt in het KvK dossier ook lezen op welke datum een bedrijf is verhuisd (en dus eventueel een pand leeg is komen te staan). Verder kun je vragen welke bedrijven, verenigingen of stichtingen er allemaal op een adres (van te kraken woning of van de eigenaar) ingeschreven staan. Dat kan interessant zijn wanneer je meer wilt weten over de (zwendel-) praktijken van een eigenaar.

Stichtingen en verenigingen worden in zogenaamde regionale Stichtings- en Verenigingsregisters geregistreerd. Je vindt deze registers in Leiden en veel andere steden. De Stichtingsregisters vind je in hetzelfde gebouw als waar de KVK 's zijn gevestigd, maar het zijn aparte organisaties. Het opvragen van gegevens uit dit register werkt op een soortgelijke manier als bij de Kamer van Koopzucht. Ook de Kamer van Koopzucht en het Stichtings - en Verenigingsregister kun je tegenwoordig bellen voor informatie al kost dit wel 1 piek per minuut (zie adres/telefoonnummer lijst).

4.3 Hoe lang staat een pand leeg?

Er zijn verschillende manieren om er achter te komen of iets leegstaat en zo ja hoe lang.

Je ziet er zijn talloze manieren om jezelf ervan te verzekeren dat een pand, al een tijd, leeg staat. Voor zover het manieren zijn waarbij je in de buurt van het pand moet komen is het wel belangrijk dat je dit onopvallend doet en niet de buren alarmeert. Zoek uit wat je uit kunt zoeken, verzamel alle info en houd deze bij elkaar.

4.4 Bouw en sloopplannen

De kraaktoekomst van een pand hangt behalve van jou nog het meest af van de plannen die de eigenaar er mee heeft en/of de haast die deze maakt jou via gerechtelijke wegen uit het pand te krijgen.

Zonder nu meteen diep in te gaan op bouw en sloop aanvragen en de daaraan verbonden procedures hoort het informeren over bouw en sloopplannen tot de standaardvoorbereiding van een kraakactie. Het heeft meestal, niet altijd, immers weinig zin om een pand te kraken waarvan de bouwvergunning morgen wordt afgegeven. De hele gang van zaken rond deze aanvragen is openbaar en voor een ieder te volgen. Ter voorbereiding van je kraakactie is het aan te raden om in ieder geval even te bellen met de afdeling Bouw en Woningtoezicht (zie adres/telefoonnummer lijst) om te vragen of er voor het betreffende pand Bouw of Sloopplannen zijn.

Ieder Bouwplan wordt begeleid door een inspecteur van afdeling Bouw en Woningtoezicht. Deze staat in contact met de eigenaar en het is ten zeerste af te raden voor de kraak bij hem of haar inlichtingen te vragen over het pand. Je kunt wel iedere werkdag bellen met Bouw en Woningtoezicht tijdens het telefonisch spreekuur (iedere ochtend). Je krijgt dan de receptioniste die het adres in haar computer kan intikken en kan zien of en zo ja wanneer er een bouw of sloopplan is ingediend. Laat je in ieder geval niet doorverbinden met de inspecteur die er over gaat tenzij je goed geïnteresseerde buurtbewoner kunt spelen. Bewaar ook deze belangrijke informatie. Een andere anonieme manier om dezelfde info te verzamelen is het doornemen van de gemeentekrantjes in het Leids Nieuwsblad. Deze liggen gebundeld op het stadsbouwhuis en het gemeentehuis (zie adressen /telefoonnummer lijst). Voor meer informatie over procedures zie het aparte hoofdstuk Bouw en Slooplannen en hun Procedures.

4.5 Bestemming van een pand

Soms is het ook goed om te weten wat voor bestemming een te kraken pand heeft. Wanneer je bijvoorbeeld vermoed dat een woning gebruikt wordt als opslagruimte en het op wat opslag na leeg staat wordt dit feitelijk onttrokken aan het woningbestand. Wanneer je de woning kraakt heb je in zo'n situatie een ijzersterk argument in handen.

Een ander voorbeeld betreft lege woningen boven winkels waarvan een eigen opgang ontbreekt. De gemeente Leiden heeft een langlopende campagne onder de fantastische naam Wonen boven winkels waarmee ze de leegstand boven winkels wil terugdringen. In verschillende steden zijn al kraakacties geweest tegen dit soort leegstand. Men kraakte dan de woning, sloot de doorgang naar de winkel af en creeërde dan zo goed als het ging een eigen opgang (soms met een ladder of touw). Juridisch gezien zit dit wel o.k. maar dan helpt het natuurlijk enorm als je de Officier van Justitie kunt zeggen dat het een aan de het woningbestand onttrokken woning is.

Zoals al eerder is uitgelegd mag je ook andere panden dan woningen kraken om in te wonen.

Gegevens over bestemmingsplannen e.d. kun je krijgen op het Stadsbouwhuis. In persoon of telefonisch (zie adres /telefoonnummer lijst).

4.6 De laatste praktische voorbereiding

Zoek voordat je gaat kraken de beste manier op om in het pand te komen. De meest voor de hand liggende manier is namelijk lang niet altijd de eenvoudigste. Je zou niet de eerste zijn die na twee uur non stop gehak op een deur er achter komt dat het raam of achterdeur open staat. Zorg dat je een duidelijk plan hebt voordat je gaat breken en neem voldoende gereedschap mee: minimaal 2 breekijzers, eventueel een kraakkrik, een hamer, steeksleutels, schroevedraaiers en wat spijkers, schroeven en houtdraaibouten. Een ervaren breekploeg heb je nodig om niet onnodig veel tijd kwijt te zijn aan het binnenkomen.

Zorg ook dat je een goede politiewoordvoerder hebt die op de hoogte is van de wetten omtrent kraken. Vergeet ook niet het juiste slot te kopen (links of rechts omdraaiende deur, in of opbouwslot?). Verzamel barricademateriaal. Beddespiralen en bouwstempels doen het altijd goed (Lees verderop meer over het barricaderen) wanneer je niet zeker bent hoe de eigenaar zal reageren. Het is voor je eigen veiligheid. Ook moet je het juridisch vereiste kraaksetje bij elkaar hebben: een tafel, stoel en matras + slaapzak. Het klinkt misschien raar maar alleen wanneer je deze spullen hebt is er sprake van bewoning. In andere steden let de politie trouwens weer helemaal niet op aanwezigheid van de kraakset. Zorg ook voor vervoer van alle spullen met auwto of bakfiets. Niet onbelangrijk: zorg voor voldoende mensen die mee gaan kraken.

Politieagenten kunnen immers makkelijk een paar mensen uit een pand gooien zonder dat er een kip naar zal kraaien. Wanneer je echter met een grote groep komt en je zaakjes goed voorbereid sta je al een stuk sterker. Wat het bij de buurt meestal goed doet is een buurtpamflet waarin je jezelf als nieuwe bewoner voorstelt. Buren reageren natuurlijk vaak een beetje geschokt als blijkt dat hun nieuwe buurman er een nogal vreemde en lompe sleutel op na houdt. Met een buurtpamflet maak je een goede indruk.

Wanneer de kraakactie op één of andere manier ophef veroorzaakt is het aan te raden om ook een berichtje aan de stedelijke pers te sturen want anders heb je een dikke kans dat alleen het verhaal van de politie en eigenaar op de radio en in de krant komt. Spreek een goed verzamelpunt en -tijd af met de groep mensen die bij de kraak meehelpt, liefst in de buurt van het pand. Ga geen groot pand kraken met mensen die je niet of nauwelijks kent. Als je een groter pand gaat kraken is het belangrijk om van te voren al een groep medebewoners gezocht te hebben. Weet wat je op je hals haalt als je ineens met volslagen vreemden gaat samenwonen, vooral als je die na de kraak pas in huis haalt. Het lijkt wel avontuurlijk, maar het zal niet de eerste keer zijn dat een groot kraakpand aan chaos ten onder gaat. Het beste is een pand op maat te zoeken.

Wat betreft de politie is het slim om voor hun wat gegevens te hebben wanneer ze langs komen. Wie is de eigenaar, hoe lang staat het leeg/zal het leeg blijven tenzij jij het kraakt, wie ben jij (je hoeft je naam niet te geven) maar geef ze in ieder geval een naam en tenslotte is het ook handig wanneer ze je ter plaatse kunnen bereiken. Schrijf deze info en wat je verder nog van belang vindt op en geef dit aan de politie mee voor de (hulp) Officier van Justitie. Houd zelf die dag een kopietje bij de hand. Verzeker jezelf er ook van dat je de dag van de kraak een goede politiewoordvoerder hebt die kraakervaring heeft en een vlotte babbel. Vraag ook twee uitsmijters om direct na de kraak de deur tegen ongewenste bezoekers bewaken.

Maak als laatste een tjeklijstje met wat je op kraakdag x nodig hebt.

4.7 Voorbespreking

In Leiden kraken we over het algemeen overdag. Dat doen we omdat we dan 's avonds kunnen slapen en het overdag licht is zodat we meer zien. Een jaar of vijf geleden werd er nog veel 's nachts gekraakt maar een aantal keren werden mensen heterdaad bij het breken betrapt en mislukte de kraakactie. Nu spreken mensen over het algemeen af op een voor verzamelplek af in de stad. Daar wordt door diegene die de kraakactie organiseert uitgelegd om welk pand het gaat, wat het plan is en wie welke taak op zich neemt.

Voorkom dat mensen zich overbodig voelen en gaan vervelen en betrek mensen in de uitvoering van de praktische taken. Je loopt nog even je tjeklijstje na of alles er is en ga naar het pand.

4.8 Bij het pand aangekomen

Zorg dat je er allemaal tegelijk aankomt en dat er niet tien mensen verdacht rond het pand hangen terwijl de breekploeg nog onderweg is. Begin onmiddellijk met breken en laat je nergens door afleiden (behalve de politie natuurlijk). Zorg dat de rest in een groep om de brekers heen staan zodat het zicht op hen wordt ontnomen. Op het moment dat het openbreken van het pand begint moet de politie gebeld worden (zie adres /telefoonnummer lijst) zodat er niet tig meldingen van buurtbewoners de lijnen bezetten en de politie denkt dat het om een inbraak gaat. Dit gelijktijdig bellen is erg belangrijk maar gaat natuurlijk niet op wanneer je breekt op een plek waar onmogelijk iemand iets kan zien en de eigenaar de gemeente is (zie 4.9). Direct wanneer het pand open is moet het worden ingericht als woning (tafel, bed en stoel).

Het is belangrijk om goed in het rond te kijken voor eventuele bewijzen van leegstand zoals oude kranten/brieven, afgesloten nutsvoorzieningen enzovoort. Zorg dat degene die met de politie praat van deze bewijzen op de hoogte is. Eventuele zaken die twijfel over leegstand kunnen zaaien moet je verstoppen. Ook al ligt er nog allerlei troep in het pand kan het nog steeds feitelijk gezien niet in gebruik zijn. Er zijn wel vaker gemeubileerde kantoren gekraakt in Leiden waarvan toch duidelijk was dat het meubilair was achter gelaten en dat het pand feitelijk toch leeg stond. Het meubilair is dan juridisch gezien hoogstens inactieve opslag en dat is geen feitelijk gebruik.

De politiewoordvoerder blijft met de uitsmijters bij de deur staan. Zij zijn het ontvangstcomité dat tevens voorkomt dat meutes politie hun weg naar binnen banen. Laat nooit meer dan twee politie agenten naar binnen. Voor je het weet staat het pand vol met dienders en daar doe je dan weinig meer aan. De mensen die bij de deur staan moeten daar dus de hele tijd blijven staan totdat de politie weg is en de deur op slot kan.

Zorg er ook voor dat je iedereen regelmatig inlicht over het laatste nieuws rond, de eigenaar en/of politie. Roep ook als de situatie het toelaat een overleg uit waarin je de situatie bespreekt voor de komende dagen. De eerste dagen van een kraakactie gebeurt er meestal het meest dus het is handig om een bezettingsrooster op te stellen zodat jij ook af en toe naar buiten kan om wat praktische zaken te regelen zonder dat je gelijk het pand (bijna) verlaten achterlaat.

4.9 Gemeentelijk onroerend goed

Het kan zijn dat je een leeg pand van de gemeente kraakt en dit kan doen zonder dat iemand je ziet. In zulke gevallen is het misschien slimmer om de gemeente direct op de hoogte te brengen van je actie. Zolang de gemeente niets aan de politie vraagt is zij namelijk ook geen partij. Je zult deze situatie moeten beoordelen van geval tot geval en je afvragen wie je er in de gemeente over kan aanspreken. Indien ze geen reden hebben je te ontruimen zal men je ten alle tijde proberen een om niet contract aan te smeren. Hierover lees je verderop meer.

4.10 Constateren Leegstand & bewoning door de politie

Wanneer het gekraakte pand een particulier toebehoord melden we in Leiden de kraakactie altijd zelf bij de politie. Dit doen we bij gemeentelijke panden alleen wanneer het openbreken er van onvermijdelijk zal leiden tot telefoontjes van omwonenden naar de politie (zie 4.9).

Normaal gesproken komt wanneer je belt na korte tijd politie langs. Soms wanneer ze het druk hebben of het pand niet in het centrum ligt laten ze even op zich wachten. Stel je zeker op, zeg dat het pand al lang leegstaat en toon ze op verzoek je tafel, stoel en bed. Laat dus niet meer dan twee agenten binnen, dat is niet nodig. Het is ook niet nodig om je volledige naam te noemen, noch enige andere privé gegevens. Als ze vragen hoe lang je er al zit kun je dit gewoon aan ze vertellen.

Mocht een agent over de prehistorische 24 uurs regeling beginnen kun de agent er op attent maken dat deze slechts in Jurrassic Park geldt en al eeuwen geleden is achterhaald door gerechtelijke uitspraken.
Dit staat trouwens ook in de gemeentelijke Kraak Nota (pag. 6).

Veel gezeur met de politie kun je voorkomen door je goed voor te bereiden en je verhaal op orde te hebben, het pand direct na de kraakactie te doorzoeken op de aanwezigheid van spullen die tegen je gebruikt kunnen worden (gemummificeerde lijken, wietplantages, etc.). Sluit eventuele doorgangen naar andere nog in gebruik staande panden meteen goed af. Je kunt je nooit tegen alle mogelijke problemen indekken. Je moet je behalve goed voorbereiden dus gewoon alert inspringen op de situatie ter plaatse. Soms wil de politie je het gewoon moeilijk maken en het komt er ook op zo'n moment op aan dat je een georganiseerde indruk maakt en de woordvoerder op de hoogte is van je rechten als kraker.

Het is altijd handig om ervaren krakers erbij te hebben en liefst een zo groot mogelijke groep mensen. In Leiden komen meestal als eerste een of twee patrouillewagens met agenten die de situatie ter plaatse opnemen. Vaak willen ze naar binnen om te kijken of het wel leeg stond, maar vaak zijn ze gewoon nieuwsgierig naar het aantal mensen en of je het barricadeert. Het is aan jou om over deze dingen niet meer los te laten dan absoluut noodzakelijk.

Het is al eerder ter sprake gekomen maar laat nooit meer dan twee agenten naar binnen en zorg dat de deur gesloten en bewaakt blijft totdat je weet dat de (hulp) Officier van Justitie de kraakactie heeft goedgekeurd. Deze komt meestal zelf ook even langs om in bewoning veranderde leegstand te constateren en is over het algemeen een wat ouder type met een baard. Deze (hulp) Officier van Justitie neemt ook direct contact op met de eigenaar om zijn verhaal te horen. Vervolgens maakt hij rapport op en stuurt het zaakje naar de Officier van Justitie. Deze zetelt op het Openbaar Ministerie in Den Haag. Deze beslist uiteindelijk of er sprake was van leegstand en of je kunt blijven of dat er ontruimd moet worden. Denk niet dat het recht altijd zegeviert want dat doet het vaak genoeg niet. De wegen van justitie zijn veelal ondoorgrondelijk en het komt vaak genoeg voor dat iets ontruimd wordt omdat de eigenaar goed kan liegen, of omdat jij niet goed genoeg je kraak hebt verdedigd. Daarnaast zijn de medewerkers van justitie persoonlijk ook niet gediend van werkeloos, krakend tuig.

De politie kan problemen maken als ze bijvoorbeeld vinden dat één van de volgende dingen aan de hand is:

Het is aan te raden om je pand te barricaderen. Niet alleen tegen 'de sterke arm van hun wet' maar meer nog tegen het gevaar van boze buren en eigenaars.

4.11 Ontruiming

Op het gebied van het vorderen in het geval van artikel 429 sexies is er vrijwel geen bruikbare jurisprudentie. Er moet dus vanuit gegaan worden dat de procedure ongeveer hetzelfde is als die bij art 138. Omdat het art. 429 spreekt van op vordering van of vanwege de rechthebbende moet er aan een aantal voorwaarden voldaan worden, wil de politie tot een rechtmatige ontruiming over kunnen gaan.

  1. Er moet een aanklacht liggen, of in ieder geval iets waaruit de bewoners weten dat hun verblijf wederrechtelijk is. Deze eis sneeuwt nog wel eens onder, toch moet dit op de een of de andere manier bekend zijn. Dat kan ook door een oprotbrief of iets dergelijks, maar anders zit je er niet wederrechtelijk.
  2. De krakers moeten, nadat hun wederrechtelijk verblijf geconstateerd is na de eerste vordering, nogmaals gevorderd worden het pand te verlaten. Dit kan van of vanwege de rechthebbende, dus ook door de politie als zij door de rechthebbende uitdrukkelijk daartoe gemachtigd is. Zij treedt dan op namens rechthebbende. Pas dan is de overtreding 429 "rond" en mag er binnengetreden worden ter aanhouding van verdachten=ontruiming. Bij overtredingen mag, in tegenstelling tot heterdaad alleen binnengetreden worden als de overtreding op heterdaad geconstateerd wordt. Dus pas na de tweede vordering.
  3. de vordering moet wel op een zodanige wijze geschieden dat hij voor de krakers te verstaan is. Hij dient ook driemaal te geschieden.

Wanneer je door de hulp Officier van Justitie te kennen is gegeven dat hij wil gaan ontruimen en je vindt dit onterecht is het aan te raden om je advocaat een kort geding aan te laten spannen tegen de Staat der Nederlanden. Je vraagt dan in feite de rechter de (on-) rechtmatigheid van de ontruiming (een beslissing van de Officier van Justitie in Den Haag) te toetsen.

Zo'n procedure eist wel dat je in goed contact staat met een advocaat en haar uitvoerig op de hoogte brengt van de situatie rond het pand. Het beste kan je de advocaat al van te voren inlichten over je plannen. Tussen het moment van kraken en dat Justitie besluit tot ontruiming zit vaak maar een paar uur. De Officier van Justitie vindt een kort geding tegen zijn beslissing nooit leuk. Het is dan ook altijd de vraag of deze zo'n kort geding zal afwachten of toch een ontruiming zal doorzetten. Wanneer ze toch laat ontruimen is herkraken misschien een optie.

4.12 Problemen met boze buren of de eigenaar

Sommige mensen vinden het vervelend dat hun pand of het pand bij hun in de buurt gekraakt wordt. Dan willen ze nog wel eens zeer vervelend doen. Dat kan variëren van boze opmerkingen of af en toe een trap tegen je deur tot regelrechte intimidatie en het vormen van knokploegen. Wees erop voorbereid en sluit je huis goed af. Voor direkte noodsituaties is het slim om een alarmlijst samen te stellen. Zorg zo mogelijk dat je het pand in noodsituaties kunt verlaten.

Verder heb je recht op politiebescherming (al krijg je die vaak niet). Als vreemden je deur intrappen of zich niet op uitdrukkelijk verzoek uit je gekraakte woning verwijderen, plegen ze huisvredebreuk. Als het ze lukt je eruit te krijgen, ben je geen bewoner meer en sta je met lege handen.

Wanneer je in het kraakpand bent en mensen buiten dreigen je er uit te schoppen bel je dus voor hulp en noteer je tegelijk zoveel mogelijk gegevens over de belagers (uiterlijke kenmerken, nummerborden van auwto's, namen die ze roepen etc.). Dit wordt vaak door de spanning vergeten maar is erg belangrijk.

Weeg goed af of je iemand toegang tot je pand verschaft of niet. In principe hoef je niemand binnen te laten. Alleen als de politie een huiszoekings/binnentredingsbevel toont, moet je die binnenlaten. Als er onverhoopt toch een ongewenst figuur (ook politie!) binnen is, moet deze bij het derde verzoek om weg te gaan hieraan gehoor geven, anders pleegt hij huisvredebreuk.

5. Advocaat & juridische procedures

Een advocaat achter de hand hebben die je belangen kan behartigen bij justitie is ook voor en tijdens de kraakactie erg handig. Voor een eenvoudige en veilige kraakactie heb je in Leiden niet echt een advocaat nodig maar wanneer de zaken wat ingewikkelder worden is een van te voren ingelichte advocaat goud waard.

Wanneer je bijvoorbeeld verwacht dat het vanwege de specifieke situatie van het pand wel eens tot een ontruiming kan uitlopen kan de advocaat dit soms voorkomen door met de Officier van Justitie te bellen en hem te wijzen op ter zake doende jurisprudentie, of op het zelfde moment een rechtszaak tegen de aangekondigde ontruiming (tegen de beslissing van de Staat der Nederlanden) aan te spannen.

Een advocaat is ook na de kraakactie onmisbaar. Deze kan je informeren over je rechten, adviseren over wat te doen en je zaak verdedigen wanneer het tot een rechtszaak komt.
De hulp van een advocaat is niet geheel gratis maar een groter probleem is een goede advocaat te vinden want de meesten hebben allang de kant gekozen van het kapitaal en staan dus politiek gezien lijnrecht tegenover ons. Een slechte advocaat die niet in jou en je zaak geïnteresseerd is kun je missen als kiespijn.

Nadat de (hulp)Officier van Justitie heeft besloten dat je kraakactie een civielrechtelijke en geen strafrechtelijke aangelegenheid is zal de rechthebbende (dat is dus meestal de eigenaar) een rechtszaak tegen je moeten aanspannen om je uit zijn pand te krijgen. Hoe lang dat duurt weet je niet van te voren. Het hangt er van af hoe dringend hij je uit zijn pand wil hebben en in hoeverre het echt dringend is dat jij het pand ontruimt. Het kan enkele weken tot jaren duren voordat het tot een gerechtelijke procedure komt. Wanneer je er in slaagt tot overeenstemming te komen over het gebruik van het pand komt het dus nooit tot een procedure. Het hangt wederom allemaal af van de specifieke situatie rond jouw pand. Ga in ieder geval niet zomaar een overeenkomst aan zonder ervaren krakers en een advocaat te hebben gesproken (lees hierover meer in de 'Overeenkomsten bijlage').

In de praktijk komt misschien de helft van alle kraakzaken voor de rechter terwijl de andere helft van de gekraakte panden of (uiteindelijk) vrijwillig door de krakers worden verlaten. Dit laatste gebeurt bijvoorbeeld omdat er op één of andere manier een overeenkomst bestaat met de eigenaar over de datum waarop vrijwillig ontruimd wordt.

De meest gevoerde procedure in kraakzaken staat bekend als het kort geding. De eigenaar moet dan wel, zoals dat heet, spoedeisend belang hebben bij de ontruiming van het door jou gekraakte pand. Bijvoorbeeld wanneer die alle vergunningen binnen heeft en kan gaan verbouwen of bij verkoop van het pand. In de regel word je bij deze procedure twee weken van te voren gedagvaard en krijg je een dagvaarding in je brievenbus die op jouw naam maar ook aan de personen die verblijvende te...). Dit heet een anonieme dagvaarding. Er volgt een rechtszitting waar jou advocaat en die van de eigenaar de rechter proberen te overtuigen van respectievelijk de onzin en de zin van een ontruiming. De rechter spreekt, in de regel, dan na twee weken een vonnis uit.

De rechter kan trouwens altijd beslissen om een kort geding sneller af te handelen maar meestal zit er tussen het moment dat je de dagvaarding krijgt en de datum dat je er uit moet 5 weken. De rechter kan ook beslissen dat hij eens een kijkje wil komen nemen in je pand voordat hij iets beslist. Hij kan ook besluiten de zaak aan te houden tot er meer duidelijkheid is over de argumenten voor en tegen ontruiming.

Een andere mogelijkheid voor de eigenaar is de versnelde procedure maar deze wordt vrij weinig gebruikt. Deze procedure kan tot enige maanden duren en de beide partijen kunnen vragen om de zittingsdatum uit te stellen. Er hoeft dan wel geen spoedeisend belang te zijn maar de eigenaar dient nog steeds aannemelijk te maken dat hij iets met het pand gaat/kan doen waarvoor jij hem nu nog in de weg staat.

Van iedere vijf rechtszaken tegen krakers worden er ongeveer vier door de eigenaar gewonnen. De praktijk leert ons trouwens dat de meeste rechters er een nogal rechtse interpretatie van de wet op nahouden. Zo zijn er rechters bij wie je als kraker niets te verwachten hebt en altijd zult verliezen.

Het verloop van de procedure zal ook grotendeels afhangen van de argumenten en bewijzen waarvan jij je advocaat voorziet. Verwacht niet dat de advocaat Sherlock Holmes gaat spelen voor jou want daar heeft deze het veel te druk voor. Je zult het zelf moeten doen en je advocaat van munitie moeten voorzien. Je zult verbaasd staan hoe dom eigenaren in de rechtszaal zijn. Ze gaan vaak uit van het niet ongefundeerde, maar in absolute vorm wel naïeve idee dat eigendomsrecht boven alles gaat. Deze naïeve domheid is soms overwinnaar mits je goed onderzoek doet naar manieren om argumenten van de eigenaar, waarom jij ontruimd moet worden, lek te schieten. Dat vergt vaak wel enig speurwerk van jouw kant en je moet natuurlijk wel weten waar je wat te weten kunt komen. Schroom niet meer ervaren krakers die dit mogelijk wel weten, te vragen wat je kan doen. Deze Leidse Kraakhandleiding geeft je hopelijk al een hoop ideeën over wat je kunt doen.

Als de rechter een uitspraak doet, en ga er voor de zekerheid altijd van uit dat die negatief is (hoe zeker je ook weet dat de eigenaar eigenlijk niets met het pand gaat doen), kan hij eisen dat je in twee dagen het pand ontruimt en het tot 12 maanden daarna niet meer gekraakt mag worden. Zorg voor een gepast afscheid. Met name als je in het proces niet serieus genomen bent (dat is vrij vaak), mag iedereen best wel weten dat je onrecht aangedaan is. Zorg voor goede publiciteit en een leuk feestje, eventueel met spektakel. Overleg hierover met andere krakers of mensen die met je sympathiseren. Als je het wat heftiger wilt maken, laat dit dan wel vooraf blijken, dan kan iedereen zelf kiezen of ze aan de aktie meedoen. Wees voorbereid op de gevolgen van heftige acties (denk aan arrestaties en hoe je je dan opstelt).

In de adres /telefoonnummer lijst vind je het adres van een advocaten kantoor in Den Haag aan de Prinsegracht die al sedert jaren de belangen van de meeste kraakpanden in Leiden behartigt. Je kunt natuurlijk ook een andere ervaren kraak-advocaat zoeken maar dat valt in Leiden niet mee.

6. Na de kraak

De eerste dagen van het verblijf in je nieuwe huis zijn meestal de onrustigste. Je zult er voor moeten zorgen dat je voortdurend mensen in het pand hebt zodat je niet plots uit je pand wordt gegooid omdat de eigenaar om de hoek heeft staan wachten totdat jij even een ommetje ging maken. Zorg dus voor een goed bezettingsrooster en voorkom een, vrijwel niet terug te draaien, illegale ontruiming. Naast barricaderen en bezettingsrooster maak je het voor een eigenaar erg moeilijk door snel te verhuizen naar je vers gekraakte pand.

Meestal moet er nog veel opgeknapt worden om een beetje comfortabel te wonen. Soms heeft de eigenaar veel kapot gemaakt en zijn ramen, elektrische bedrading en waterleiding doelwit geweest van vernielzucht, om zo het kraken zo onaantrekkelijk mogelijk te maken.

6.1 Nutsvoorzieningen

De aansluiting op het water- en elektriciteitsnet geeft de laatste jaren niet zoveel problemen meer. Vanwege een enkele ervaring met illegaal aftappende en niet betalende krakers wilde Energie en Watervoorziening Rijnland (EWR; zie adres /telefoonnummer lijst) tot voor enkel jaren geleden van iedere kraker borggeld. Klachten bij de klachtencommissie van het EWR, tegen deze ronduit discriminerende regeling maakten hieraan een einde.

Dat wil niet zeggen dat ze nu de grootste fan zijn van krakers. Wanneer je het kunt voorkomen, kun je maar het beste niet zeggen dat het pand waarvoor je nutsvoorzieningen aanvraagt gekraakt is.

Je kunt in het pand de volgende situaties aantreffen:

6.2 Bouw- of sloopplannen

Als er bouw- of sloopplannen zijn voor je woning, dan kun je proberen deze plannen te beïnvloeden. Wanneer je het goede plannen vindt doe je dit natuurlijk niet. Maar gezien de betonzucht waaraan de meeste grote onroerend eigenaren en gemeentes leiden kun je vaak kiezen de verandering van het bestemmingsplan en de afgifte van vergunningen te saboteren. Je kunt ook anderen (buurtbewoners, monumentenclubs e.d.) stimuleren verzet tegen de plannen in te dienen.

Hoe is een nogal ingewikkeld verhaal en zou de basis kunnen vormen van de handleiding: Hoe het leven zuur te maken voor onroerend goed eigenaren. Vaak zijn er buurtcomités die er een sport van maken bouw en sloopplannen te traineren, ze kunnen een goede bondgenoot zijn. Veel informatie kun je vinden op het Stadsbouwhuis (zie adres/telefoonnummer lijst). Houd ook de bouw en sloopvergunning aanvragen in de wekelijkse stadskranten (onderdeel van het Leids Nieuwsblad) in de gaten. Alle aanvragen en de dagen waarop ze in verschillende commissies behandeld worden in deze stadskrant vermeld. Bouwplannen liggen altijd twee weken ter inzage op het Stadsbouwhuis en er is een termijn van enkele weken dat je bezwaar kunt indienen tegen verbouwingsplannen van jouw kraakpand. Vaak helpt het om wanneer een bouwplan is ingediend een buurtbrief te verspreiden waarin je mensen uitlegt wat de plannen van de eigenaar zijn en mensen oproept bezwaarschriften in te dienen. Vermeld in zo'n buurtbrief ook altijd hoe dit in z'n werk gaat en roep mensen op naar de betreffende voorlichtingsbijeenkomsten te gaan. Je moest eens weten hoe makkelijk zo'n bijeenkomst in chaos verandert als tientallen buurtbewoners zich tegen de bouwplannen uitspreken.

Bestemmingsplannen liggen net als nieuwe bouwplannen ter inzage op het Stadsbouwhuis. In de Bibliotheek van het Stadsbouwhuis liggen ook boekwerken met kranteartikelen en allerlei verordeningen, raads - en college besluiten van de gemeente ter inzage. Wanneer je niet weet waar je iets kunt vinden kun je het de info-medewerkers van de bibliotheek vragen. Zij hebben in tegenstelling tot de eerder genoemde inspecteurs van Bouw en Woningtoezicht geen contact met jouw tegenspelers.

Wanneer je denkt dat de bouwplannen van de eigenaar slecht zijn is het dus zeker aan te raden hier anderen van op de hoogte te brengen en er wat tegen te ondernemen. Voor hulp kun je natuurlijk het beste (ex-) krakers die dit al vaker om handen hebben gehad vragen.

Tot slot.

Laat anderen weten wat voor dingen je meemaakt. Van de ervaringen van elkaar kan je leren. Kom eens langs in de kraakkafés, of schrijf een artikel, bijvoorbeeld in Leidse blaadjes, bel naar Koekoeroe Reedio. Wees ook solidair met andere krakers. Je staat dan zelf ook niet alleen bij problemen.


7. Adressen & telefoonnummers

Kraakspreekuur Leiden:
Postbus 2228, 2301 CE Leiden:
Voor alle kraakvoorlichting, praktische hulp bij het kraken en kraakgereedschappen.

Kadaster Zoetermeer:
telefoonnummer 079 3633633
Voor het opvragen van de eigenaar van een pand.
Stadhuis Leiden:
Stadhuisplein 1 telefoon 5165165
StadsBouwhuis Leiden:
Lange Gracht 72 telefoon 0715165165
Gemeente Bibliotheek:
Lange Gracht 72
Voor het opvragen van bestemmingsplannen, algemene informatie over procedures, inzage in bouwplannen. Geopend 10-17, maandag 13-17, zaterdag 10-16.
Bouw en Woningtoezicht:
Lange Gracht 72 telefoon 5165765
Voor het vragen naar ingediende en afgegeven bouw- en sloopvergunningen. Bel 's ochtends en praat alleen met de secretaresse. De Bouw en Wonen inspecteurs staan namelijk in direct contact met de eigenaars en zijn vaak niet te vertrouwen.
Kamer van Koophandel Leiden:
Stationsweg 41 telefoon 5250500 of 0900 2024010 (circa 1 gulden per minuut)
Stichting- en verenigingsregister Leiden:
Stationsweg 41 tel 5250500 of 0900 2024010 (circa 1 gulden per minuut)
Kamer van Koophandel Den Haag:
Koningskade 30, tel. 070 3795795
Voor het opvragen van uittreksels uit registers bel 0900 2023037 (ongeveer 1 gulden per minuut)
Stichting - en verenigingsregister Den Haag:
Koningskade 30 tel.070 3287100
Voor het opvragen van informatie over verenigingen en stichtingen. Je kunt ook telefonisch informatie krijgen 0900 2023037 (ongeveer 1 piek per minuut)
Energie en Watervoorziening Rijnland (EWR):
0800 -1890
voor al je (aan-)vragen 24 uur per dag
Advokatenkantoor Prinsegracht:
Prinsegracht 53, Den Haag telefoon 070 3803001 fax 3896031
SPekulantie Onderzoeks Kollektief (SPOK): Spuistraat 5 Amsterdam
Voor informatie over speculanten, bouwondernemingen en ander onroerend slechte types. Telefonisch spreek uur woensdag van 20- 22 uur 020 6206826

Enkele in Leidse kraakpanden gevestigde initiatieven
(januari 2001):


EuroDusnie:
(hoofdbureau EuroDusniecollectief) Boerhaavelaan Leiden 345
tel 0715173019
email:eurodusnie@squat.net
Koekoeroe Reedio 97,4 FM:
tel: 071 5222032 Postbus 2228, 2301 CE Leiden
email: koekoeroe@squat.net
Anarchistische vrije radiozender voor Leiden en omstreken. Uitzendtijden: woensdag t/m woensdag 18:00 - 22:00
Weggeefwinkel:
Hooglandsekerkgracht 4.
Winkel waar alles gratis is. Open : Woensdag 14 - 17 uur; Donderdag 14 - 21 uur; Vrijdag 14 -17 uur; Zaterdag 11 - 17 uur
Eetcafé'Las Vegas':
Koppenhinksteeg 2c, Leiden
Politiek centrum de invalshoek
Koppenhinksteeg 2, Leiden
Tel: 071 5127619
Email: lokabaal@dsl.nl
Onder andere thuisbasis van organisatie de fabel van de illegaal.
Bar en Boos:
Koppenhinksteeg 4, Leiden
tel: 071 5143440
Kraakkroeg open op zaterdag

Bijlage 1:

De 'oppasovereenkomst' & de 'gebruikersovereenkomst'


Er bestaat nogal wat verwarring over wat nu precies antikrakers oftewel kraakwachten zijn. Deze mensen zitten in een pand met wat over het algemeen een 'oppasovereenkomst' heet. Sommige mensen vinden dat mensen die bijvoorbeeld met een gebruiksovereenkomst, gratis een pand van de gemeente bewonen geen antikrakers genoemd moeten worden. Terwijl anderen de 'gebruiksovereenkomst' en de 'oppasovereenkomst' het zelfde vinden en iedereen als antikraker bestempelen. Tussen de twee altijd tijdelijke overeenkomsten zijn echter grote verschillen. Laten we daar eens naar kijken.

- De oppasovereenkomst

De oppasovereenkomst is een bedenksel van meestal commerciële bureaus en al even commerciële stichtingen. Soms hebben ze een andere rechtsvorm dan deze. In ieder geval staan ze allemaal ingeschreven bij één van de Kamers van Koophandel of in één van de Stichtings en Verenigingsregisters. De officiële omschrijving van hun 'bedrijfje' is altijd uitermate vaag en ze begeven zich altijd op de onroerend goed markt. Ze bieden hun diensten aan bij onroerend goed bezitters, variërend van bedrijven, speculanten, (semi-) overheidsinstanties zoals gemeentes en scholen. Ze beloven leeg staande panden te beschermen tegen de gevaren van bijvoorbeeld vandalisme en kraken. Ze doen dit door er hun 'oppassers' in te plaatsen. Dit betekent dat ze mensen in de door hun bewaakte panden laten wonen of het aan oppassers als atelier 'verhuren'.

'Verhuren' tussen aanhalingstekens want om te voorkomen dat de oppassers denken dat ze rechten hebben beweren ze in hun 'wurgcontracten' dat zij voornamelijk plichten hebben en vrijwel geen rechten. Zo mogen oppassers vaak geen feestjes in het door hun bewaakte pand organiseren, is de opzegtermijn veelal niet langer dan twee weken, moet men sleutelgeld betalen en staat in de oppasovereenkomst dat ze geen recht hebben op vervangende woonruimte mocht het pand leeg opgeleverd moeten worden aan de eigenaar.

Tegenover dit rechteloos verhaal staat wel vaak een relatief lage 'huur', zo rond de 275 gulden per maand voor soms riante kamers. Dit heet dan officieel de vergoeding voor nutsvoorzieningen. De mensen achter deze bureaus worden slapend rijk en de kraakwachtbureaus schieten de laatste jaren als paddestoelen uit de grond. Naast de uitholling van de rechten van woningzoekenden en het gegeven dat kraakwachtbureaus het speculanten zo wel erg gemakkelijk maakt klopt er ook uit het oogpunt van eerlijke woningverdeling niets aan deze bureaus. Kraakwachtbureaus maken vooral gebruik van universitaire, merendeels rijke, studenten en zo komt een steeds groter deel van de potentiële woonruimte in handen van een uitermate elitaire groep rijke lui. Je kunt met zekerheid zeggen dat bijvoorbeeld een werkeloze Marokkaan uit de Rotterdams Afrikaanderwijk minder dan nul kans heeft op zo'n tijdelijke woning.

Het is trouwens interessant om te melden dat de tijdelijke oppassers veel meer rechten hebben dan de oppasovereenkomst beweert. Een rechter in Breda dwong onlangs een kraakwachtbureau de oppascontracten om te zetten in een huurcontract en wees de eis van de oppasser voor vervangende woonruimte toe. In het najaar van 1999 komt er een folder die kraakwachten wijst op hun rechten en hun aanspoort tegen de kraakwachtbureaus te procederen.

- de gebruiksovereenkomst

'Gebruiksovereenkomst' of om niet contract is de overeenkomst die veel gemeentes sluiten met tijdelijke gebruikers van hun lege panden. Het is een directe overeenkomst tussen tijdelijke gebruikers/bewoners en de eigenaar. De overeenkomst is bijna net zo'n wurgcontract als die van de oppassers. Het verschil is wel dat de tijdelijke gebruiker voor niets in het pand kan of slechts servicekosten betaalt (het grondbedrijf in Amsterdam heeft een standaardtarief van 98 gulden). Wanneer de nutsvoorzieningen gedeeld moeten worden met meerdere mensen wordt er met de gebruikers een bedrag afgesproken dat afgeleid is van de werkelijke nutskosten.

Een ander verschil is dus dat de eigenaar, wanneer het de gemeente is, publiek en politiek aanspreekbaar is en niets aan jou verdient. Je kunt eventuele ontwikkelingen rond het pand, bouwplannen etc., gewoon in de krant lezen en je oprottermijn is normaliter twee maanden.

In Leiden is er wel al jaren onenigheid over wie er in de gemeentelijke panden komt. Hoewel het tijdelijk in gebruik geven te prefereren is boven het uitslopen van gebouwen is het totaal ondoorzichtig waarom aan wie een pand in gebruik gegeven wordt. Vaak zijn het vriendjes en vriendinnetjes of Leidse ambtenaren of stopt men een bevriend bedrijfje in een pand. Het doel is nit zozeer leegstand voorkomen als wel het voorkomen van kraken. In die zin is het dus ook antikraak terwijl het op een aantal punten minder asociaal is dan de praktijken van commerciële kraakwachtbureaus.

Op de vraag of je met de kraakwachtbureaus in zee moet gaan is natuurlijk maar één antwoord mogelijk: Nee! Wat betreft de gemeente ligt het iets ingewikkelder en zul je je per geval moeten afvragen welk belang je er zelf bij hebt om zo'n contract te tekenen. Over het algemeen zal de gemeente je niet snel beduvelen en je er zonder reden uitsmijten (Waarom zou ze, een leeg pand wordt alleen maar gekraakt). Het kan pragmatisch gezien het beste zijn (het afsluiten van een overeenkomst heeft een kalmerende werking op de gemeente), maar het heeft ook zo z'n principiële kanten. Waarom zou je immers toegeven aan de regulerings en beheersdrang van de gemeente? Sluit in ieder geval geen overeenkomst af zonder er met je advocaat en ervarener krakers over gepraat te hebben. Dan is de kans dat je er spijt van krijgt minder groot.

Bijlage 2:

Rechten in de bak



Hieronder volgt het Amsterdamse arrestantenpamfletje. Dit wordt regelmatig verspreid voor gebeurtenissen met een zeker risico. Als je dit globaal in je hoofd hebt zitten, dan ben je minder makkelijk te overbluffen door de politie; je weet wat je kan overkomen. Uiteraard kan je dit pamflet ook overnemen en voor jouw actie gebruiken.

Je gaat zo direkt deelnemen aan een aktie\demo\ontruiming (aankruisen naar keuze), waar waarschijnlijk politie op af zal komen, waaronder eventueel 'stillen' (agenten in burger die denken dat ze niet als politieagent herkend worden, tja... eerst die snor er af, mannen!). Let dus op en let op elkaar. Mochten arrestaties niet te verhinderen zijn, dan is het handig om van het volgende op de hoogte te zijn; Het niet noemen van je naam is niet strafbaar. Het geeft de smeris de mogelijkheid om je zes uur langer (bovenop de eerste 6 uur) vast te houden. Dit onder het motto dat ze je naam proberen te achterhalen. Hier blijft het bij als het een strafbaar feit betreft waarvoor geen voorlopige hechtenis kan worden gegeven.

Proberen ze je echter voor zwaardere delicten op te laten draaien (Bijv. art 140 criminele vereniging of art 141 openlijke geweldpleging) dan kan in principe de maximale duur van het voorarrest er als volgt uitzien: 2x6 (6) uur + 3dgn + 10 dgn + 3x30 dgn = 103 dagen.

De eerste 12 uur (of 6 als je je naam wel noemt) Nadat je bent opgepakt wordt je overgebracht naar het buro. Je persoonlijke bezittingen worden in beslag genomen (shag, sleutels, alles, ook je schoenveters). Vrouwelijke verdachten mogen niet door mannelijke agenten gefouilleerd worden! Ze kunnen je visiteren. Vanaf het moment van je arrestatie mogen ze je zonder meer 12 (6) uur vasthouden. De tijd tussen 00.00u en 09.00u telt niet mee. De politie mag je tijdens deze eerste 12 (6) uur verhoren. Verhoren mogen niet 's nachts plaatsvinden, maar het gebeurt soms wel.

Het is je eigen keuze of je je naam zegt of niet. Geef in ieder geval geen verklaring af en onderteken niets, want dat is niet verplicht. Je verklaring wordt tegen jou en anderen gebruikt. Je mag ondertekenen met kruisjes, en N.N.-nummer (dit is het nummer dat je van de politie krijgt als je je identiteit niet bekend maakt; N.N. betekent 'nomen nescio', oftewel: 'ik weet mijn naam niet') of iets dergelijks. De politie moet je vertellen waarvan je wordt verdacht. Je hebt nog geen recht op een advocaat. Als je slechts wordt verdacht van een overtreding moeten ze je na 12 (6) laten gaan. Vaak blazen ze de feiten echter op en proberen ze de zaak verdraaien. Je wordt dan opeens verdacht van bijv. openlijke geweldpleging of zelfs poging tot doodslag dan wel zware mishandeling. Voor deze zwaardere beschuldigingen mogen ze je langer vasthouden. Dus:

3 dagen:
Deze verlenging gebeurt door de (hulp)officier van justitie. Je hebt nu wel recht op je (eigen) advocaat en een telefoongesprek. Je moet hier echter nadrukkelijk om verzoeken. Een zogenaamde piketadvokaat hoef je niet te accepteren.Deze drie dagen breng je meestal door op het politiebureau. Als justitie je na die drie dagen nog wil vasthouden, dan moeten ze je voorgeleiden bij de rechter-commissaris. Bij die zitting is ook je advocaat aanwezig. Wordt je niet vrijgelaten dan kan de "R.C." je in bewaring stellen voor:

10 dagen
eigenlijk moet je nu overgebracht worden naar een huis van bewaring.("HVB"). Bij buitenlanders nemen ze dit niet zo nauw. Zij zitten vaak langer op het bureau. Als ze er achter komen dat je een buitenlander bent, krijg je te maken met de vreemdelingenpolitie en kun je, nadat je hier vastgezeten hebt, uitgewezen worden. Als ze nog niet tevreden zijn, het onderzoek nog niet afgerond is of bijv. de rechtsorde zwaar geschokt is enz., kan de raadkamer besluiten je voorarrest te verlengen met:
30 dagen.

Dat geintje kunnen ze nog twee keer herhalen. Je kan daar 1 keer tegen in beroep. Na het maximaal toegestane voorarrest moet het proces beginnen. Vaak gaat het dan echter om een een pro forma zitting:
De officier van justitie is nog niet klaar en vraagt aan de rechtbank uitstel, wat hij/zij waarschijnlijk wel krijgt. De rechtbank bepaalt dan wanneer de zaak wordt voortgezet en beslist of je dat buiten of binnen moet afwachten....

Gelukkig komt dit laatste in de kraakpraktijk zelden meer voor. Voor zaken als "huisvredebreuk" kom je normaliter niet in de rechtbank.

Voor andere aanklachten krijg je soms een dagvaarding mee voor een snelrechtproces.

Wordt je vrijgelaten, meldt het de arrestantengroep (wanneer deze er natuurlijk is)!


reacties op, of vragen over de Kraakhandleiding:
Kraakspreekuur Leiden
Postbus 2228
2301 CE Leiden

of eurodusnie@squat.net


Terug naar de beginpagina